De revisor? Gogol? Help me even…
Nikolaj Gogol (1809-1852) is bekend vanwege zijn roman Dode zielen en verhalen zoals De Neus en Dagboek van een gek. De revisor is zijn bekendste toneelstuk. Hij schreef het op 26-jarige leeftijd, op de top van zijn roem. Het idee voor het plot zou hij hebben gekregen van zijn vriend Poesjkin: een berooide lage ambtenaar wordt door sjoemelende notabelen in een provinciestadje aangezien voor een incognito reizende overheidsinspecteur (een revisor). Het gevolg is een komedie van verwarringen, waarbij niemand buiten schot blijft.
Dat klinkt bekend, maar ik heb het stuk nooit gezien.
Het plot is talloze keren hergebruikt, misschien ken je het daarvan? Bijvoorbeeld voor films als The Inspector General (Danny Kaye, 1949) en De boezemvriend (André van Duin, 1982). John Cleese gebruikte het voor een aflevering van Fawlty Towers (The Hotel Inspectors, 1975).
En wat doet het Nationale Toneel ermee? Zacht ruisende negentiende-eeuwse japons en pruttelende samovars?
Integendeel. Theu Boermans haalde het stuk radicaal naar het Nederland van nu. Alle genoemde fraudevoorbeelden komen uit de krant, van bouwfraude tot digitale afluisterpraktijken. Van de revisor maakte hij de incognito reizende theatermaker Olaf de Heer, die op zijn beurt óók weer heeft gefraudeerd. Osip, de bediende van de revisor, is in deze bewerking getransformeerd tot de gevluchte asielzoeker Osman.
Kortom: van Gogol is niets meer te herkennen.
Dat zou je denken, maar niets is minder waar. Boermans volgt het origineel nauwgezet, zowel in structuur als idee. Alle schrijvers en oplichterij die Gogol in zijn Revisor beschrijft, kwamen uit de werkelijkheid van zijn tijd. Gogol nam ook zichzelf op de korrel: hij was precies zo’n lage ambtenaar als de vermeende revisor. Daarom maakte Boermans van de hoofdpersoon een theatermaker – net als hijzelf.
Je schreef dat uiteenlopende reacties bij het stuk horen. Vertel?
Bij de wereldpremière in 1836 zag de conservatieve hoge ambtenarij het stuk als een platvloerse belediging. Zo kon je niet overheidsdienaars toch niet uitbeelden!? Hervormingsgezinde toeschouwers omarmden Gogol daarentegen als aanklager van bestuurlijke misstanden. De schrijver zelf was vreselijk ongelukkig met de maatschappijkritische lezing door beide partijen. Hij had zijn stuk bedoeld als een komedie over het menselijk onvermogen, waaraan niemand ontkomt. Daarom liet hij de burgemeester in het stuk ook uitroepen: “Jullie lachen om jezelf!”. De tsaar, die op de première aanwezig was, had die boodschap in elk geval prima begrepen: “Wat een toneelstukje! Iedereen heeft ervan langs gekregen, en ik nog het meest!”
© Remco van Rijn, januari 2016
opdrachtgever
Scènes, tijdschrift voor theaterliefhebbers
datum
november 2015
links
> http://www.scenes.nu/
> www.nationaletoneel.nl/revisor
Meer lezen?
> Overzicht van artikelen
> Boeken en publicaties
> De Supersonische Boem
Op alle teksten op deze site is een
Creative Commons Licentie van toepassing.